Staatssecretaris Eric van der Burg van Justitie en Veiligheid bracht vanmiddag samen met burgemeester Martijn Vroom een bezoek aan het schip Alemannia in de Sliksloothaven. Na dit bezoek sprak de staatsecretaris met het Krimpense college over de opvang van asielzoekers en vluchtelingen in kleine gemeenten.
Maandag 5 september meerde het hotelschip aan voor de tijdelijke opvang van 150 vluchtelingen. De opvang is voor een duur van drie maanden en is het gevolg van het tekort aan opvangplekken bij de COA. Op 15 december vertrekt het schip weer. De bewoners van het schip zijn vooral gezinnen met jonge kinderen en zwangere vrouwen uit niet-veilige landen.
Landelijk probleem door tekort opvanglocaties
Gemeenten door het hele land organiseren noodopvangplekken door de problemen bij het COA. Met name voor kleine gemeenten kan de impact hiervan groot zijn en zijn de zorgen van inwoners veelal even groot.
Mede daarom bezocht staatssecretaris Van der Burg de opvanglocatie in Krimpen aan den IJssel. Om met eigen ogen te zien hoe de opvang in de praktijk werkt en om met de lokale politiek van gedachten te wisselen over dilemma’s, draagvlak en draagkracht rond de opvang van asielzoekers en Oekraïners.
Burgemeester en staatssecretaris blij met bezoek
Burgemeester Martijn Vroom vond het een geslaagd bezoek: “Het is goed dat de staatssecretaris bij ons langs wilde komen. Het college heeft met hem gesproken over hoe een kleine gemeente als Krimpen aan den IJssel alle zeilen bijzet om deze mensen een dak boven hun hoofd te bieden. Dit kan mede door de coördinatie en ondersteuning vanuit de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond (VRR) en de gezamenlijke kracht van de gemeenten in deze regio. Ook spraken we over zaken waar we tegen aanliepen, zoals het vinden van geschikte opvanglocaties, bieden van zorg of onderwijsmethodes voor de kinderen.“
Van der Burg bedankte de gemeente voor de bijdrage die politiek en inwoners leveren aan de opvang van zowel asielzoekers als Oekraïners: “Vandaag heb ik gezien hoe hard er gewerkt wordt om de opvang in goede banen te leiden, om te werken aan draagvlak en te investeren in begrip over en weer. Wij staan gezamenlijk voor deze taak in Nederland. Ik waardeer alle inspanningen, ook vanuit de Veiligheidsregio.”